Het gaat niet goed met de dubbele neushoornvogels (Buceros bicornis) in Europese dierentuinen. Hoewel het fokprogramma van deze soort actief gecoördineerd wordt door een internationaal fokprogramma, en er naar verhouding veel onderzoek naar deze soort in dierentuinen gedaan wordt, is het aantal jongen zeer laag.
Als er niets gebeurt, zal deze soort langzaam maar zeker uit de Europese dierentuinen verdwijnen, naar verwachting binnen 20 jaar aldus Koen Brouwer, fokprogramma coördinator voor de dubbele neushoornvogel. Als we deze soort in ieder geval op middellange termijn willen behouden, zal dus snel iets moeten gebeuren!
In de praktijk blijkt dat veel dierentuinen wel een paartje hebben maar dat de dieren elkaar vaak niet liggen. In het verleden zijn, buiten Europa, met verschillende soorten neushoornvogels goede resultaten behaald door meerdere dieren bij elkaar te brengen en ze min of meer vrije partnerkeuze aan te bieden. Koen Brouwer heeft in mei van dit jaar zo'n project voorgesteld aan de deelnemers aan dit fokprogramma. Het idee daarbij was het oprichten van een 'great hornbill dating centre' zoals het toen genoemd werd. De ideale locatie daarvoor zou gevonden moeten worden in een Zuid-Europese EAZA dierentuin. Hier zouden de dieren naar toegestuurd kunnen worden om op een natuurlijke wijze tussen meerdere vogels te kunnen kiezen. Het opzetten van een dergelijk 'dating centre' stuit op dit moment nog op financiële en veterinaire problemen. Om geen tijd te verliezen hebben vier dierentuinen in samenspraak met Koen Brouwer besloten de handen ineen te slaan en alvast met een pilot project te beginnen.
Acht vogels, vier mannen en vier vrouwen, zijn bijeengebracht in Burgers' Zoo voor een periode van ruim zeven weken. De dierentuinen die de vogels hebben afgestaan voor deze periode waren: Antwerpen, Artis, Blijdorp en Burgers' Zoo. Het project heeft inmiddels plaatsgevonden in juli, augustus en september.
Achter de schermen van Burgers' Zoo bevindt zich een overdekt, te verwarmen complex van tien volières, dat normaal gebruikt wordt om overtollige vogels op te vangen, en als winteraccommodatie voor een aantal niet winterharde soorten (zoals kluten). Dit complex wordt vanwege haar vorm 'de tent' genoemd en bestaat uit een lange gang, met aan weerszijden gazen volières. De gang tussen de volières is overdekt met gaas en is te beschouwen als een afzonderlijk hok. Toegang tot 'de tent' was slechts voorbehouden aan een beperkt aantal personen, om eventuele verstoring van de dieren maar ook het besmettingsrisico zo klein mogelijk te houden.
Om en om werden mannen en vrouwen dubbele neushoornvogels in deze verblijven gehuisvest waarbij dieren die uit dezelfde dierentuin kwamen zover mogelijk uit elkaar werden gezet. Na aankomst kregen de vogels een week "rust". In deze tijd konden de vogels wennen aan hun nieuwe tijdelijke onderkomen, kwamen ze bij van het transport en raakten gewend aan hun nieuwe dieet. Het basisvoedsel bestond uit een mengsel van verschillende soorten fruit, hondenvoer, gehakt en druiven, aangevuld met multi-vitaminen. Daarnaast krijgen ze afwisselend (iedere dag wat anders) 'extra' voer, zoals grotere stukken sinaasappel, appel, kiwi, banaan, meloen, tomaat, wortel, tahoe, eendagskuiken en muis. Opvallend is dat veel dieren toch erg trouw bleven aan hun eigen voedsel. Zo lieten de neushoornvogels die in hun eigen tuin nooit sinaasappel kregen, deze vrucht ook consequent liggen. En er waren duidelijk favoriete hapjes. Druiven stonden daarbij eenzaam aan de top, gevolgd door tomaat en banaan.
Na de week 'rust' werd elke dag één vogel in het gangpad losgelaten, werd de videocamera aangezet en werd alles verder met rust gelaten. Zes uur later ging de vogel weer terug in het eigen verblijf en was het experiment voor die dag afgelopen. De volgende dag konden de video-opnamen bekeken worden. Elke vogel werd gedurende vijf weken zo drie keer in het middenpad losgelaten (in het weekend hadden de vogels rust) .Zitstokken in het middenpad en in de verblijven waren zodanig gemonteerd dat alle vogels de keuze hadden om bij elkaar te gaan zitten of juist niet.
Om geen onnodige stress te veroorzaken werd vanaf dag één een vaste dagindeling aangehouden. In de ochtend werd schoongemaakt en gevoerd, terwijl in de namiddag mest werd ingezameld. Deze mest is gedurende de dag geproduceerd, dus in de tijd dat de vogels elkaar konden zien en dat een vogel in het middenpad was losgelaten.
De mest zal in een later stadium geanalyseerd worden met betrekking tot hormonen en hormonale veranderingen. Van elke dag werd ook een logboek bijgehouden met daarin temperatuur, wat wel en niet gegeten werd, bijzondere gedragingen, enz.. Al in de eerste week werd duidelijk dat elke vogel zijn of haar eigen karakter beeft, de een agressiever dan de andere. Dat laatste gold ook voor activiteit van de vogels en de mate waarin ze geluid maakten.
Bij bet analyseren van de vele videobanden werd er gekeken naar de interacties. Er werd onderscheid gemaakt tussen twee soorten interacties: positieve (voer-) interacties en negatieve (agressieve) interacties. Sommige vogels waren erg actief en gingen werkelijk bij bijna iedere vogel even 'op bezoek', terwijl anderen bet loslaten in de gang gelaten accepteerden en een groot deel van de dag niet actief waren. De negatieve interacties bestonden vooral uit hakken met de snavel door bet gaas been, terwijl de voerinteracties niet alleen bet voeren van druiven betroffen, maar ook stukjes banaan, appel, sinaasappel, kiwi, etc.
De drie rondes waarin de individuele vogels werden losgelaten in de gang gaven een nogal verschillend beeld te zien. In de eerste ronde waren de meeste vogels actief en waren redelijk wat interacties te zien. Dit in tegenstelling tot ronde twee waar de hoeveelheid minuten dat met interactiegedrag werd doorgebracht drastisch afnam. Het leek bijna alsof het nieuwigheidje eraf was en bet allemaal niet zo interessant meer was voor de vogels. Dat laatste bleek niet waar te zijn want in de derde ronde nam bet aantal minuten dat de vogels met interactiegedrag vulden weer toe. Achteraf bleek dat de afname in ronde twee waarschijnlijk te wijten was aan bet feit dat de meeste vogels wat in de rui kwamen.
Met spanning werd uitgekeken naar de analyses van de getallen en toen alle videobanden geanalyseerd waren werd alles op een rijtje gezet. Al snel bleek dat bet stel uit Antwerpen erg op elkaar gericht was. Er werd besloten dat zij dus een stel zouden blijven. In een eerder stadium was al afgesproken dat de vrouw terug zou gaan naar de dierentuin waar zij vandaan was gekomen. Uit de analyse van de getallen bleek dat de man van Blijdorp in enige mate gericht was op de vrouw van Artis. In onderling overleg tussen alle deelnemende dierentuinen en de EEP coördinator werd besloten dat die combinatie een nieuw stel zou moeten opleveren voor Artis. De andere twee mannen die toen overbleven zijn gewisseld. Hierdoor kreeg Blijdorp de man van Burgers' Zoo en kreeg Burgers' Zoo de man van Artis (die ook enige interactie had gehad met de vrouw van Burgers' Zoo). In bet kort komt het er dus op neer dat drie van de vier deelnemende dierentuinen een nieuw stel hebben gekregen. Terug in hun tuin zijn ze eerst in quarantaine gezet waarna ze langzaam aan elkaar gewend zullen worden. Met goede hoop voor de toekomst hebben we dit project afgesloten! Hopelijk zal bet project een vervolg krijgen.
Vrijdagochtend 26 juli 2024 zijn twee oudere olifantenvrouwtjes vanuit Belfast Zoo (Noord-Ierland) n…
26 juli 2024
Bij het betreden van hun buitenverblijf ontdekken de tien gorilla’s een niet-alledaagse lekkernij. B…
21 november 2023
Zondag 29 oktober 2023 heeft chimpanseevrouwtje Laura een jong gekregen in Burgers’ Zoo. Laura kwam…
30 oktober 2023