Natuurbehoud in Belize: een hoopgevende inspectie ter plaatse

Ondanks twee uitdagende jaren vanwege de coronacrisis gaat het goed met ons natuurbehoudsproject in Belize. Die conclusie heeft onze manager Conservatie, Onderzoek en Educatie gelukkig kunnen trekken na een persoonlijk bezoek in januari 2022. Bij het uitbreken van de coronacrisis in 2019 hebben Burgers’ Zoo en het Zwitserse vlinderpark Papiliorama direct hun betrokkenheid bij het natuurbehoudswerk in Belize uitgedragen in woord en daad. Door de garantie dat de lonen zouden worden doorbetaald en er niets zou worden beknibbeld op de jaarlijkse donaties aan het project konden we voor veel rust en regelmaat zorgen in het Midden-Amerikaanse land dat in het algemeen hard is getroffen door de coronacrisis. Belize is qua inkomsten voor een groot deel afhankelijk van internationaal toerisme en door de mondiale reisbeperkingen vielen deze grotendeels weg. Veel andere projecten in tropische landen hebben daarnaast hun donatiestromen uit Europa en uit Noord-Amerika sinds het begin van de pandemie sterk zien krimpen; gelukkig konden wij wel de garantie van continuïteit geven.

Onze manager Conservatie, Onderzoek en Educatie reisde eind december met een klein reisgezelschap af richting Belize om het project weer eens met eigen ogen te bekijken. In Freshwater Creek, een onderdeel van het natuurgebied van ruim 400 vierkante kilometer dat we beschermen, is de officiële status veranderd van ‘Forest Reserve’ naar ‘Special Management Area: Corridor’. Het gebied vormt een belangrijke ecologische verbinding met andere delen van ons beschermde natuurgebied en heeft die status nu ook officieel toegekend gekregen. De focus is daarmee ook iets weg geschoven van de aanplant van nieuwe mahoniebomen en andere hardhoutsoorten: de afgelopen tien jaar zijn er maar liefst 30.000 boomzaailingen uitgeplant, waarvan naar schatting een derde het heeft gered.

De autorit naar Shipstern bracht ook een verrassing: het project om de weg tussen Sarteneja en Corozal te verbeteren, is aardig op geschoten. Waarbij het ‘verbeteren’ van de weg in dit geval wel samengaat met een enorme verbreding. Deze verbeterde infrastructuur zal uiteenlopende gevolgen hebben: enerzijds zal de aanvoer van dagjesmensen en lokale toeristen naar Sarteneja en Shipstern toenemen, maar anderzijds leidt een betere weg ook tot meer verkeersslachtoffers onder de dieren én wordt het makkelijker om gestroopte dieren of illegaal gekapt hout snel weg te krijgen. Een ander zijdelings effect van de verbetering van de weg is dat het leidt tot stijgende grondprijzen van het gebied, waardoor het stuk ‘Warrebight Noord’ nog lastiger aan te kopen wordt. ‘Warrebight Noord’ hadden we graag bij ons beschermde gebied willen trekken om het als bos te behouden.

In Shipstern zijn alle onderhoudsbeurten net gedaan, zoals het schilderwerk en de uitbreiding van de kantoorruimtes. Daarnaast is de uitkijktoren van een nieuw dak voorzien en zijn de Birders’ Lodge en het bezoekerscentrum opnieuw ingericht. Belangrijk is dat er op verschillende plekken nieuwe rangerposten zijn ingericht om beter toezicht in het veld te hebben. Bij het zuidelijke deel van Shipstern Lagoon is een wandelpad aangelegd om dit buitengewone habitat voor bezoekers te ontsluiten. Tenslotte hebben de rangers ook allemaal nieuwe uniformen gekregen; dit is door de ‘Vrienden van Belize’ (een groep van circa 150 donateurs) bekostigd.

Het was erg goed om te zien dat er veel belangrijk werk is verzet. Nu veel Belizanen getroffen zijn door de coronacrisis neemt de illegale houtkap en stroperij overal in het land toe en is het belangrijker dan ooit om zichtbaar in het veld te zijn om het natuurgebied nauwkeurig in de gaten te houden. Natuurbehoud staat in deze coronacrisis wereldwijd onder druk en onze niet aflatende actieve steun is daarom belangrijker dan ooit!