Beren behoren tot de orde van de roofdieren. Binnen de berenfamilie zijn er acht verschillende soorten en de Maleise beer is de kleinste van allemaal. Het is de enige berensoort in Burgers’ Zoo.
Maleise beren hebben grote voorpoten met lange, kromme klauwen. Met zijn lange klauwen kan de Maleise beer heel goed in bomen klimmen en goed graven. Hij slaapt en zont graag in hoge bomen, meestal in een zelf gemaakt nest van takken en bladeren.
Waarschijnlijk kent de Maleise beer net als andere berensoorten een verlengde draagtijd. Dit houdt in dat het embryo in een vroeg stadium een rustfase zonder groei ondergaat en pas wat later weer verder groeit. De draagtijd is dus meestal vrij lang, maar desondanks worden de jongen klein en hulpeloos geboren. Pasgeboren jongen zijn blind en kaal en wegen slechts 300 gram.
Net zoals de meeste andere beren zijn ook Maleise beren echte alleseters. Ze eten vooral bijenlarven, termieten en wormen. Ook lusten ze graag vruchten en honing. Met zijn klauwen kan de Maleise beer goed bijennesten opmaken om zo bij de honing te kunnen. Vanwege de brede voedselkeuze hoeven de beren geen grote afstanden af te leggen om voedsel te vinden. In sommige gebieden dragen de uitwerpselen van Maleise beren bij aan de zaadverspreiding van planten.
De Maleise beer is één van de meest zeldzame berensoorten. Zeker waar ze schade toebrengen aan plantages wordt er op de beren gejaagd. Maar ook door het kappen van het leefgebied is de soort bedreigd. Tevens worden de galblaas en andere lichaamsdelen van Maleise beren gebruikt in traditionele medicijnen, ondanks dat dit geen bewezen werking heeft.
In Europese dierentuinen wordt er een stamboek bijgehouden voor deze soort.
8 februari 2024
15 apr 2022
14 feb 2022
19 nov 2021
7 mei 2020
31 jan 2020
18 jan 2020
7 aug 2019
26 jul 2019
25 jul 2019
16 mei 2019
29 nov 2018
In Burgers’ Rimba delen de Maleise beren het buitenverblijf met de binturongs. Deze twee soorten kunnen goed met elkaar opschieten. Het buitenverblijf is ingericht met veel bomen, struiken en rotsen zodat de beren lekker kunnen graven, naar insecten kunnen zoeken en kunnen klimmen. Bij wat koeler weer zijn de Maleise beren vaak in het binnenverblijf te zien.
In dierentuinen is het belangrijk dat er goed op de voeding van de dieren wordt gelet. Maleise beren worden namelijk snel te dik door alle suikers in bijvoorbeeld het fruit dat ze krijgen. De dierverzorgers letten daarom goed op de hoeveelheid en soorten voedsel die de beren krijgen. Soms smeren ze honing uit in het verblijf, zodat de beren flink op zoek moeten naar deze lekkere traktatie.