Foto's van bezoekers
‘Panter’ en ‘luipaard’ zijn twee woorden voor dezelfde diersoort. Panters behoren, samen met leeuwen, tijgers en jaguars tot de familie van de ‘grote katachtigen’. Het verspreidingsgebied van panters is enorm groot, ze komen voor in Afrika en grote delen van Azië. Binnen dat grote verspreidingsgebied heb je negen lokale varianten van panters, zogenoemde ‘ondersoorten’. Deze ondersoorten verschillen bijvoorbeeld in vachtlengte, vachtpatroon en grootte. De Sri Lanka panter is één van deze ondersoorten.
Panters leven solitair en ze zijn territoriaal. Hun territorium grenzen ze af met urine en uitwerpselen. Ook krassen ze met hun voorpoten in bomen, waarbij ze met de geurklieren tussen hun tenen hun eigen geur op de bomen smeren. Het territorium van een mannetje omvat de gebieden van een klein aantal vrouwtjes. Ten opzichte van seksegenoten zijn Sri Lanka panters niet tolerant.
Pasgeboren panters wegen slechts 500 gram. Pas na tien dagen gaan de oogjes van de jongen open. Na zes weken beginnen de jonge panters met het eten van vlees. Na drie maanden krijgen ze geen moedermelk meer. De jongen blijven bij hun moeder tot ze twee jaar oud zijn. Pas dan hebben ze het jagen namelijk een beetje onder de knie.
Panters zijn goede klimmers. Vaak slepen ze ook hun prooi de boom in, wat bij een dood hert een behoorlijk karwei is. Door dit gedrag voorkomen panters dat jakhalzen of leeuwen hun prooi afpakken. Omdat echter op het eiland Sri Lanka zulke concurrenten ontbreken, tonen de panters op Sri Lanka dit gedrag in veel mindere mate.
Op Sri Lanka is al veel bos verdwenen en bovendien wordt er op Sri Lanka panters gejaagd voor hun vacht. Ook boeren doden de dieren, omdat panters wel eens hun vee aanvallen. Waarschijnlijk zijn er minder dan duizend Sri Lanka panters in de natuur over. In Europese dierentuinen is een fokprogramma voor deze panters.
26 juli 2023
29 mrt 2022
8 mrt 2022
11 nov 2021
18 okt 2021
10 sep 2021
7 okt 2020
21 jan 2012
28 nov 2007
24 jan 2003
1 sep 1999
Het grote buitenverblijf van de Sri Lanka panters is overkapt met een metalen net. Zo kunnen deze grote katten mooi hun klimkunsten laten zien of op een verhoogde rots met goed uitzicht liggen, zonder dat het gevaar bestaat dat ze hun verblijf uit komen.
Op Sri Lanka zijn er geen winters, daarom hebben de panters in de dierentuin een verwarmd binnenverblijf nodig. Als het weer nog goed genoeg is om naar buiten te gaan, maar het toch een beetje koel is, liggen de panters graag heerlijk uitgestrekt op een verwarmde kunstrots.
Omdat panters solitair zijn, zullen de bezoekers ook in Burgers’ Park normaliter slechts één of twee volwassen panters zien. Als het er twee zijn, dan zouden dit het fokmannetje en een krols vrouwtje kunnen zijn. Momenteel is voor bezoekers afwisselend de moeder en het jong te zien, of de vader.