Netpythons zijn schubdieren. Binnen de slangen vormen de pythons een eigen familie. Andere soorten slangen in Burgers’ Zoo zijn de melkslangen en de diamantratelslangen.
Als een netpython een prooidier te pakken heeft, windt de slang haar sterke lichaam om de borstkas van de prooi heen. Dan trekt ze zich steeds nauwer samen, om de ribben heen, waardoor de prooi niet meer kan ademhalen of de ribben worden gebroken. De wurgslang slikt de gedode prooi in één stuk door. Allerlei aanpassingen, zoals zeer bewegelijke kaken en een bijzonder rekbaar maagdarmstelsel, helpen om dit mogelijk te maken. Een netpython kan dieren opeten die half zo zwaar zijn als de slang zelf.
Als enige slangen kennen pythons broedzorg. Het vrouwtje legt ongeveer drie maanden na de paring 20 tot 50 vrij grote eieren. Deze eieren worden door de moeder omstrengeld, zij beschermt en bebroedt ze. Dat doet het vrouwtje door spiercontracties die haar lichaamstemperatuur verhogen. Het bebroeden duurt drie maanden lang en al die tijd eet het vrouwtje niet!
Netpythons hebben een breed prooispectrum. Ze voeden zich vooral met zoogdieren, maar hun prooi kan in grootte uiteenlopen van een rat tot varkens en herten. Een python kan lang vasten, als hij net een groot prooidier op heeft, eet hij soms maandenlang niet!
Mensen zijn vaak geen fans van slangen rondom hun woningen, zelfs niet als de slangen niet giftig zijn. Doordat ze soms kippen uit een kippenren pakken, maken pythons zich ook niet echt geliefd. Pythons worden dus vaak bejaagd als ze in de buurt van een dorp komen. Netpythons leven in heel Zuidoost-Azië en alhoewel de bossen daar onder druk staan, zijn ze niet met uitsterven bedreigd.
De netpythons bewonen een groot verwarmd verblijf in de Rimba. De dieren zijn in 2008, toen de Rimba werd geopend, als jonge slangen uit een andere dierentuin gearriveerd en inmiddels zijn ze enorm gegroeid. Ze zijn nu zo’n 5,5 meter lang!
Ook grote pythons gedragen zich niet zomaar agressief tegen mensen, maar ze zijn wel heel gespierd en sterker dan wij. Onze pythons hechten waarde aan hun rust. Daarom zullen de dierverzorgers ook nooit zo’n slang hanteren als dat niet echt noodzakelijk is!