De renkoekoeken behoren zoals de naam al zegt, tot de familie van de koekoeken. De meeste mensen weten van koekoeken dat ze hun eieren in andere nesten leggen, maar dit ‘broedparasitisme’ komt slechts bij minder dan de helft van de soorten koekoeken voor. Ook de renkoekoek zit zelf op het nest.
Alhoewel de renkoekoek wel kan vliegen, geeft hij de voorkeur aan lopen en rennen. Daarbij legt hij een verrassend hoog tempo aan de dag; zijn topsnelheid ligt rond de 30 km per uur. Als hij echt hard rent, zet hij wel 12 stappen per seconde! Over de grond rennend zoekt de renkoekoek ook zijn prooidieren.
Renkoekoeken leven in koppels die jarenlang bij elkaar kunnen blijven. Als een jongvolwassen mannetje een vrouwtje op het oog heeft, biedt hij haar voedsel aan. Ook wipt hij met de staart op en neer en laat geluiden horen om indruk te maken. Renkoekoeken hebben een taakverdeling bij het broeden: het mannetje zit ‘s nachts op de eieren en het vrouwtje overdag.
Renkoekoeken verblijven het hele jaar door in één gebied. In de winter kan het in de Amerikaanse woestijn best koud worden, met name ’s nachts. Deze vogels kunnen energie besparen door ‘s nachts hun lichaamstemperatuur een aantal graden te laten zakken. In plaats van normaliter 40-41 graden kan hun lichaamstemperatuur dan slechts 33 graden zijn! In de ochtend warmen de renkoekoeken eerst weer op in de zon. Onder de opgestelde rugveren neemt de zwarte rughuid de warmte goed op.
Gelukkig zijn renkoekoeken niet bedreigd. De meeste mensen zien ze graag in de buurt van hun huizen, omdat renkoekoeken op muizen jagen.
In Burgers’ Desert bewonen de renkoekoeken een verblijf samen met de konijnuiltjes. Helaas kunnen ze niet los lopen in de hele Desert, want ze zouden te veel jonge vogeltjes en eieren opeten.
In dierentuinen kunnen renkoekoeken meer jongen krijgen dan in de natuur. Dan kunnen in één nest 11 tot 12 eieren liggen! En ze bereiken in dierentuinen ook een flink hogere leeftijd dan in het wild, tot 13 jaar.
Renkoekoeken zijn niet heel gemakkelijk te huisvesten en te kweken. In het jaar 2003 had Burgers’ Zoo een bijzondere primeur, namelijk de eerste succesvolle natuurbroed van deze soort in een Europese dierentuin! Er zijn slechts weinig dierenparken waar renkoekoeken leven. In de natuur zijn ze niet zeldzaam, er is dus weliswaar geen gezamenlijk fokprogramma voor in dierentuinen, maar Burgers’ Zoo heeft de taak op zich genomen om de populatieontwikkeling in dierentuinen in heel Europa in te gaten te houden.